De werking van DRS in de Formule 1

In het Formule 1 seizoen van 2011 werd het zgn DRS (drag reduction system) geïntroduceerd gericht op het verminderen van de downforce met als resultaat meer inhaal-mogelijkheden. Het is in feite een beweegbaar gedeelte van de achtervleugel waarmee de neerwaartse druk beïnvloed kan worden. Dit heeft direct invloed op de topsnelheid van de F1 bolide. De beweegbare achtervleugel, (driver adjustable bodywork in het Engels) werd in het leven geroepen om meer inhaal-acties te bevorderen in een periode waarin de F1 races saai werden om naar te kijken.

Hoe werkt het precies

Een achtervleugel bestaat uit twee onderdelen: de vleugel en een bovenliggende flexibele flap. De DRS kan door een coureur geactiveerd worden zodra dit is toegestaan door de race-directie. Feitelijk kan dit ook automatisch maar alleen als de achterliggende bolide binnen een seconde van zijn voorganger rijdt. Door het openen van de achtervleugel, de flap ligt dan compleet verticaal, is er minder luchtweerstand wat resulteert in een hogere topsnelheid en snellere acceleratie dan de voorganger en kan er ingehaald worden, vooral aan het einde van een lang gedeelte van een circuit.

Op het circuit

In eerste instantie werd er op ieder circuit 1 DRS zone aangewezen. Hiervoor selecteerde men het langste rechte eind op een circuit waarop na twee rondes de DRS automatisch geactiveerd werd. Halverwege seizoen 2011, werd er een tweede DRS zone aangewezen indien dit paste in de lay-out van een circuit.  Na het passeren van een bepaald detectiepunt moet een wagen -binnen- 1 seconde van zijn voorganger rijden, op dat moment kan de DRS in werking treden en verhoogt de achterligger zijn snelheid. De voorganger kan zelf ook van DRS gebruik maken indien deze wagen weer kort op een andere wagen rijdt. Tegenstanders van het systeemgeven verder aan dat je feitelijk niet verdedigend kan rijden en er een ongelijke strijd ontstaat.

De regels van DRS gebruik

Door de FIA zijn er een aantal regels uitgevaardigd met betrekking tot de werking van DRS. Deze regels zijn in 2011 opgesteld en worden sindsdien onveranderd toegepast.

  • De achtervolgende wagen bevindt zich maximaal binnen één seconde van zijn voorganger
  • De achtervolgende wagen rijdt in de aangewezen DRS zone, bepaald voor de race
  • Het systeem kan niet gebruikt worden in de eerste twee rondes van een race
  • Het systeem kan niet worden geactiveerd in de eerste twee rondes na een safety car situatie
  • Het systeem wordt niet gebruikt bij slechte weersomstandigheden

Is DRS altijd effectief?

Gezien het grote snelheidsverschil vooral op circuits met lange rechte stukken, is het inhalen bij gebruik van DRS eigenlijk geen kunst meer. Uitremacties zijn niet nodig omdat er eenvoudig met 10 tot 15 km verschil ingehaald kan worden -ver- voor de bocht.  Op circuits waar bijna geen neerwaartse druk nodig is, zoals het circuit van Monza, heeft de DRS ook nagenoeg geen effect. Er zijn ook circuits waar zelfs een 3e DRS zone is ingesteld waaronder Bahrein, Singapore, Mexico en de Red Bull Ring.  Er zal in de toekomst zeker nog vastgehouden worden aan het DRS-systeem maar of daarmee de spanning in de F1 terugkomt is maar de vraag.

Over de auteur

Met een lange carriere in de reisbranche, 23 jaar bij de KLM en sinds 2001 met SportTravel onderweg, deelt Martin Bravenboer zijn reis kennis. Daarnaast heeft Martin nagenoeg alle internationale race-circuits bezocht rondom de Grand Prix, zowel MotoGP als Formule. De opgedane ervaring en kennis is nu verzameld in Formule 1 Travel Planner. Het startpunt voor je bezoek aan de Formule 1 Grand Prix.

martin bravenboer - f1 travel planner

Leave a Comment

Hoe vond u dit artikel?
0 / 5

Your page rank: